Rooster het korianderzaad en het komijnzaad in een droge koekenpan op middelhoog vuur. Voeg zodra de specerijen gaan geuren de geraspte kokos toe en bak 2 minuten mee. Haal de pan van het vuur. Maal de specerijen samen met de andere ingrediënten in een keukenmachine tot een gladde pasta. Schep de chutney in een koude, gesteriliseerde pot en sluit af. Bewaar de chutney in de koelkast, daar blijft hij 1 week goed. De bloemkoolkoekjes Meng in een kom de bloemkool met de wortelen en de lente-uitjes. Roer daar de garam masala en het komijnpoeder doorheen en maak op smaak met zout en peper. Roer tot slot de bloem en de eieren erdoorheen. Verhit een laagje zonnebloemolie in een koekenpan. Neem een flinke schep van het bloemkoolmengsel en vorm daar in de pan een koekje van ongeveer 8 centimeter doorsnede van. Bak 4-5 koekjes per keer. Bak ze 4-5 minuten, draai ze dan om en bak de andere kant tot ze rondom goudbruin zijn. Laat uitlekken op een stukje keukenpapier. Eet de koekjes warm met korianderchutney