Verwarm de oven voor op 180°C. Leg de lasagnevellen van pompoen op een met bakpapier beklede bakplaat. Besprenkel ze met wat olijfolie en kruid ze met peper en zout. Rooster ze zo’n 10 à 15 minuten in de oven. Verwarm de ricotta met 3 eetlepels gemalen gratinkaas zachtjes op het vuur. Meng goed tot een gladde saus en kruid met paprikapoeder, cayennepeper, peper en zout. Pluk de blaadjes tijm van de takjes, hak ze fijn en meng ze onder de saus. Pel de knoflook en de ui en snipper ze fijn. Maak de bospaddenstoelen schoon en hak ze fijn. Bak de knoflook, de ui en de paddenstoelen in wat olijfolie in een steelpannetje. Kruid ze met peper en zout en voeg de sojasaus toe. Laat ze even kort bakken. Hak de bladpeterselie fijn en meng ze onder de bospaddenstoelen. Hou enkele paddenstoelen apart voor de afwerking. Haal de pompoenvellen uit de oven. Lepel de bodem van een ovenschaal in met wat olijfolie. Leg er een laagje pompoenvellen op. Lepel er dan wat van de bospaddenstoelen en een laagje ricottasaus op. Leg dan opnieuw een laagje pompoenvellen en bouw zo verder op. Eindig met een laagje ricottasaus, de rest van de gemalen gratinkaas en de pompoenpitten. Werk hem af met de apart gehouden paddenstoelen. Zet de lasagne zo’n 25 à 30 minuten in de oven en zet hem eventueel de laatste 5 minuten onder de grill voor een krokant korstje.