Linzenkroket
6 porties
240 minuten
|
|||
uienchutney (om erbij te serveren)
frituurvet (om te frituren)
frituurpan
Voor de vulling
40 g linzen
70 g ui
1 knoflookteen
olie om in te bakken
1 el harissa
1 el chutney
4 g platte peterselie
zout en peper
Voor de velouté
20 g boter
20 g bloem
100 ml groentebouillon
Om te paneren
100 g bloem
3 eieren (geklutst)
100 g panko
100 g paneermeel
|
Kook de linzen 30 minuten in ruim water. Ze mogen nog een beetje bite hebben als je het water afgiet door een zeef. Hang de zeef met linzen en al weer in de pan om ze droog te stomen.
Snijd nu de ui in kleine blokjes en hak de knoflook ragfijn. Neem een koekenpan en zet op middelhoog vuur. Fruit de knoflook en ui in een beetje olie tot de ui glazig wordt. Doe dan de harissa en de chutney erbij. Bak een paar minuten door en voeg dan de gekookte linzen toe. Bak ook dit weer een paar minuten en zet dan het vuur uit.
Smelt voor de velouté de boter op een laag vuur in een pannetje met een dikke bodem. Als alle boter is gesmolten mag de bloem erbij. Roer dit goed door met een garde tot het een geheel is. Voeg de bouillon toe in vier stappen. Let wel, het geheel bindt pas als de saus kookt, dus tot die tijd is het wat dunner. Wacht tot de saus ‘blub’ doet (dit betekent dat de saus gebonden is en niet dikker wordt) en kook ‘m nog een minuutje rustig door.
Schep de linzenvulling uit de koekenpan bij de velouté en roer alles goed door. Tot slot mag de gehakte peterselie erbij en voeg je wat zout en peper naar smaak toe.
Schep de vulling in een plastic bakje en koel het minstens 4 uur terug in de koelkast. Haal daarna uit de koelkast en verdeel in 5 tot 8 ballen. Kneed voorzichtig de bal tot een kroketje en rol met je ring-, middel- en wijsvinger tot een mooie cilinder. Je duim en pink zorgen er tegelijkertijd voor dat het cilindertje mooie platte zijkanten heeft. Leg de kroketjes op plasticfolie en zet in de koelkast om even terug te koelen.
Zet nu 3 borden op een rijtje: eentje met bloem, een met 3 geklutste eieren en een met een mix van panko en paneermeel. Kies zorgvuldig welke hand je ei-hand wordt en welke hand de paneer-hand wordt. Als je ze door elkaar haalt, krijg je kroketvingers en dat wil je niet (neem ik aan).
Rol het kroketje eerst door de bloem. Hier kun je de vorm nog ietsjes corrigeren. Dan gaat de kroket in het badje van ei en tot slot doop je hem met je ei-hand in de pankomix. Schep de pankomix met je paneerhand over de kroket en rol de kroket er goed door. Druk de panko goed aan alle kanten aan en benadruk met je handen nog even de gewenste vorm. Als je tevreden bent over de coating en de vorm, mag het kroketje in een bakje en ontferm je je over de volgende. Als alle kroketten klaar zijn, mogen ze in de vriezer tot later gebruik.
Frituur de kroketten een aantal minuten op 180 graden tot ze goudbruin zijn. Serveer met de uienchutney.
|
||
Bron | https://www.foodiesmagazine.nl |