Verwarm de oven voor op 175 C. Bekleed een bakplaat met bakpapier. Voeg in de keukenmachine de walnoten toe en pulseer tot een kruimel. Voeg de rest van de ingrediënten toe en pulseer vier of vijf keer om een mengsel te krijgen met wat kruimels voor de textuur (verwerk niet te veel om een papperig mengsel te voorkomen). Vorm met je handen of een lepel balletjes van het mengsel en leg ze op de bakplaat. Je krijgt 10 - 12 balletjes. Besprenkel ze met kokosolie en bak ze 30 minuten. Terwijl de balletjes bakken maak je de tomatensaus. Doe de ui en de blokjes butternut in een grote gietijzeren koekenpan samen met een eetlepel water en kook ze 3-4 minuten op middelhoog vuur. Voeg de tomatensaus, bouillon/water, kokosmelk, kruiden en suiker toe, meng en breng aan de kook op middelhoog vuur. Laat 10 minuten sudderen, breng op smaak met zout en peper en gebruik een staafmixer om van de saus een romige vloeistof te maken. Haal de linzenballetjes uit de oven en doe ze een voor een in de sauspan. Garneer met kokosmelk en verse peterselie en serveer met zilvervliesrijst en partjes limoen.