Begin met het maken van de nougat. Verwarm de kristalsuiker met het water en de honing in een steelpan met dikke bodem tot 130 °C. Klop intussen het eiwit op totdat zich witte pieken vormen. Giet de hete suikersiroop al kloppend in een dunne straal bij het eiwit. Blijf kloppen tot er een taaie meringue ontstaat, de kleur verandert dan van spierwit naar een meer crèmewitte kleur. Spatel de cacaopoeder er doorheen en stort de nougat in een met bakpapier beklede bakvorm. Zorg dat de nougat zo’n 1 cm dik, 22 cm lang en 12 cm breed is. Laat de nougat zo’n drie uur staan. Maak intussen de karamel. Zet het blik gecondenseerde in een pan met water. Het moet helemaal onderstaan. Breng het water aan de kook en laat het op laag vuur 2 uur zachtjes koken. Zorg ervoor dat het blik de hele kooktijd onder water staat. Haal het blikje uit het water en maak er voorzichtig een opening in met een blikopener, zodat de druk kan ontsnappen. Laat de karamel helemaal afkoelen. Meng de pinda’s door de karamel en verdeel een laagje karamelpinda’s van ongeveer 1 cm over de nougat. Waarschijnlijk houd je nog wel een beetje over. Dit kun je prima bewaren, bijvoorbeeld voor over een bolletje ijs. Zet dit minimaal 2 uur in de vriezer zodat de karamel goed koud wordt, hij zal wel zacht blijven. Smelt de chocolade au bain-marie en snijd intussen de nougat met karamel in 6 tot 8 repen. Hiervoor heb je wel even spierballen nodig, want de nougat uit de vriezer is flink hard. Zet de repen op een rooster boven op een kom. Breng de chocolade op temperatuur (zie pag. 9). Overgiet de repen met de chocolade en strijk meteen glad met een paletmes. Waarschijnlijk moet je dit in twee keer doen, de chocolade die in de kom druipt kan je gewoon opnieuw gebruiken. Laat de repen uitharden.