Maal voor het deeg de hazelnoten in de keukenmachine. Voeg de bloem, koude boter, suiker, ei en 1 el water toe. Druk een paar keer op de pulseknop tot een samenhangend deeg ontstaat. Neem het deeg uit de machine (het blijft behoorlijk plakkerig) en kneed het met natte handen tot een platte bal. Wikkel het deeg in plastic keukenfolie en laat het ± 2 uur in de koelkast opstijven. Verwarm de oven voor op 180°C. Rol het deeg uit op een met bloem bestoven aanrecht tot een plak van 30 x 40 cm (of in de grootte van het bakblik). Leg de deegplak op een bakblik bekleed met bakpapier. Prik met een vork gaatjes in het deeg en bak de deegbodem 15 min. in de oven. Neem uit de oven en laat 10 min. afkoelen. Maal intussen voor de vulling 150 g hazelnoten met de suiker, gember, eieren, kaneel en kruidnagelpoeder tot een dikke pasta in de keukenmachine. Schil de appels, verwijder het klokhuis met een appelboor en halveer ze. Snijd de appelhelften in dunne plakjes en laat de plakjes tegen elkaar aan staan. Bedek de deegbodem met een laag van de hazelnootpasta en leg hierop de halve gesneden appels. Druk ze opzij zodat de plakjes dakpansgewijs liggen. Bedek zo de hele taart met appel. Bak de taart in ± 35 min. goudbruin en gaar in de oven. Laat de taart ± 30 min afkoelen. Verwarm de jam in een pannetje tot hij dun is en lepel de jam over de appels. Hak de rest van de hazelnoten grof en strooi ze over de taart. Laat de taart afkoelen tot de jam stevig is en snijd de taart in stukken.